Mopti home page
Klik hier voor de printversie

Willem Snapper's nieuwsbrief nr 541 van 18 maart 2018.


U kunt zich per mail aan- of afmelden voor de aankondiging:
wsnapper@mopti.nl

de haven van Mopti

 

bedreigd?
en
ik ben weer alleen

Woensdag 14 maart 2018
Om maar met iets kleins te beginnen. Sékou vroeg mijn zaag te leen, dat doet hij wel vaker om een paar takken af te zagen of zo. Toen ik later buiten kwam zag ik hoe Dako bezig was met veel kracht een aarden pot (een canari) doormidden te zagen, zodat die als drinkbak dienst kon doen voor het gevogelte. Ik was veel te laat. Mijn prachtige zaag met geharde tanden was al totaal geruïneerd, er zat geen tand meer op. Ik was verschrikkelijk kwaad. Het was een duur ding die ik ooit uit Nederland had meegenomen, een professionele zaag, die je hier waarschijnlijk niet vindt. Ik was zo teleurgesteld dat mijn reactie een beetje buitensporig was.
Ik moest naar Mopti om tegen beter weten in navraag te doen naar een tweetal postpakketten die al een maand of drie op zich lieten wachten. Via Track&Trace zag ik dat ze al vanaf eind december in Duitsland lagen en nooit in Mali zijn geweest. De Chinese verkopers vroegen mij of ik navraag wilde doen op het postkantoor. En vanzelfsprekend vinden ze daar niks, vergeefse moeite, ze zouden contact opnemen met Bamako en mij later terugbellen, maar ik heb nooit meer iets van ze gehoord.

Toen ik weer thuis was werd ik gebeld door M. Sorry, ik kreeg toch een bericht dat ik beter zijn naam niet zou noemen. Ik heb ook de foto's verwijderd. Hij had een verwarrend verhaal, ik ben er niet gerust op. Hij vertelde dat de Dozo vannacht bij hem zijn geweest. De Dozo zijn van origine jagers, meest Dogons, maar er zitten ook andere stammen tussen. Ze manifesteren zich vooral bij festiviteiten, waar ze hun ouderwetse Franse musketten afvuren onder een oorverdovend lawaai. Dat is steeds zeer bijzonder om mee te maken.

deze authentieke Dogon zou nu best tot de Dozo kunnen behoren

De Dozo konden het niet langer aanzien dat het vee van de Peulh, de stam van de herders, het door de Dogon bewerkte land kaalvrat. Regelmatig waren er in het verleden al botsingen tussen Dogon en Peulh, waarbij het er soms heel heftig aan toe ging. Er werden dorpen platgebrand en er werden mensen vermoord. Dat is eigenlijk al van oudsher, maar vooral dit jaar is het erger dan ooit. Dat zou onder andere komen omdat de jihadistische prediker Amadou Koufa er zich mee is gaan bemoeien en zijn verderfelijke invloed naar de Dogon probeert uit te breiden. Koufa is zelf een Peulh en was voornamelijk actief ten noorden van Mopti in de Niger-delta. Tot nu toe manifesteerden de conflicten zich voornamelijk rond het grensgebied met Burkina, onder andere in plaatsen als Douna, Mondoro en Dioungani. Maar verder ook rond de grotere plaatsen als Koro, Bankass en Douentza. Het is trouwens onduidelijk of het alleen om jihadisten gaat, waarschijnlijk gaat het ook om puur banditisme.

en nog zo'n prachtige jager uit de Dogon.

In de Dogon ontbreekt van oudsher elk militair gezag, de problemen werden meestal onderling plaatselijk opgelost al dan niet met gepast geweld. De Dozo hebben het heft nu in handen genomen omdat het geweld meer en meer toeneemt. Volgens berichten in de pers hebben zij hun oude musketten ingeruild voor "modernere" wapens en men beweert dat zij die van het Malinese leger krijgen. De Peulh beschuldigen de Dozo dat zij elke Peulh doden die op hun pad komt, al zijn de beschuldigingen wederzijds. Kortom er lijkt een complete stammenoorlog te ontstaan, het escaleert in elk geval. In Bamako hebben demonstraties van Peuhl plaatsgevonden om de regering te bewegen in te grijpen. In de praktijk komt het erop neer dat het leger soms een tijdje aanwezig is, af en toe patrouilles uitvoert en na enkele weken weer vertrekt, waarna het geweld weer oplaait. Dit jaar zijn al tientallen doden te betreuren.

Je zou de Dozo kunnen zien als een soort burgerwacht. Het zijn voor het grootste deel Dogons, maar er zijn ook andere stammen die zich bij hen hebben aangesloten (Sonrai, Bobo, Bambara). Twee webpagina's (in het Frans). EEN, TWEE. (klik om te openen)


We maakten ook een korte trip naar de tuin in Komongalou, hier een glunderende gardien

Door de telefoon heb ik het niet zo heel goed begrepen. M zou zijn gevlucht naar Sangha en vanmorgen (woensdag) te zijn doorgereisd naar Sévaré, waar hij de bus naar Bamako heeft genomen om daar misschien het probleem bij de autoriteiten aan te kaarten. Maar ik kan het best helemaal verkeerd hebben. Ik ben wel ongerust en bang dat de jihadisten nu hun invloed uitbreiden tot onder aan de falaise.
Ik begreep van Gerbert van der Aa, die op het moment bij mij logeert, en vooral van Niangaly dat jihadisten bezig zijn geweest in Sareseyni en in Nantaga, beide dorpjes vlak bij Mopti aan de overkant van de rivier. Van der Aa heeft gisteren een gevluchte familie uit Nantaga geïnterviewd die naar Medina Coura is gevlucht. Bij Nantaga zijn trouwens vier Malinese militairen omgekomen toen hun voertuig op een mijn reed.
Al met al, er is een hoop aan de hand. Toch wordt er ook beweerd dat het Malinese leger niet meer zo lijdzaam toeziet als voorheen, slaags raakt met groepen bewapende jihadisten en regelmatig verdachten arresteert.
Twee dagen geleden heeft het leger met steun van 2 nieuwe helikopters een kamp aangevallen van jihadisten van Koufa en hebben vele jihadisten gedood. De autoriteiten zitten vaak met hun handen in het haar wat te doen met gearresteerde verdachten. Meestal is er geen enkel bewijs en worden de arrestanten na verloop van tijd maar weer vrijgelaten.

TV5Monde zond gisteravond een interessante documentaire uit over de veiligheidssituatie dans le Centre du Mali, de moeite van het kijken zeer waard, een minuutje of twaalf. Hoe de bevolking van Kouakourou zich verzet tegen de belegering van de jihadisten, maar ook over jihadsisten (Peulh) die actief zijn in de Dogon. In het Frans, dat wel.

in november vorig jaar maakte Jan Joost in Komongalou een paar foto's, en wat waren ze daar nu gelukkig mee!

Zaterdag
Vanmorgen om halfnegen vertrok Gerbert van der Aa, mijn laatste gast. Hij was speciaal naar Sévaré gekomen om zijn auto af te leveren aan een koper uit Gao. Helaas kwam de man niet opdagen. Hij had zijn geld aan een neef in bewaring gegeven en die was opeens spoorloos verdwenen. Zo gaat het helaas zo vaak. Daarom keerde hij onverricht ter zake weer terug naar Bamako. Het was met hem echter best gezellig, hij heeft zich geloof ik redelijk vermaakt en enkele interviews gedaan, waarvan de resultaten vast wel in de Nederlandse pers zullen verschijnen.
Ik had de afgelopen dagen een "vol" huis, want Jan Joost en zijn broer Bard waren ook enkele dagen van de partij. Ik had het lekker druk. Het betekende een aantal dagen riant uit eten, dat vind ik ook best prettig. Zo aten we woensdagavond met een groot gezelschap in de Canari en donderdagavond kregen we een uitgebreide maaltijd aangeboden bij Amatigue, tjonge wat moeten er in zijn familie elke dag veel monden worden gevuld, al zal dat niet elke dag zo'n feestmaaltijd zijn! Vrijdag vertrok de hele groep terug naar Bamako. Gerbert bleef nog een dagje in de hoop dat het zou lukken met zijn auto. Vrijdagavond aten we nog een keertje bij restaurant de Efteling (met al die rare fantasiebeesten rond het terras). Het was er die avond opeens erg druk, door een verjaardagspartijtje liepen er tientallen jongelui rond, die er geloof ik niet aten, maar wel allemaal een flesje ranja kregen. Ongelofelijk hoe netjes en modieus die jongens en meisjes waren gekleed. Ik verwonder mij altijd waar ze allemaal het geld vandaan halen, van armoede valt niets te bespeuren. Het eten was eigenlijk best heel goed. Maar zonder drank, daar moeten we dan maar mee leven.
Nu, zaterdag, ben ik weer alleen. Ik krijg net een WhatsApp dat de VPRO Mopti overslaat, ze komen naar Bamako en proberen dan nog naar Tombouctou te gaan. Ik heb er vrede mee, ik vind het leuk om iedereen te ontvangen, maar ik vind het ook best wel een beetje vermoeiend.
Dus vandaag doe ik het rustig aan, even bijkomen.

tuin in Komongalou

Ik ben een beetje onaardig geweest woensdag tegen Dako en tegen Sékou. Zij kwamen mijn zaag terugbrengen, ze hadden hem laten slijpen. Ik was nog steeds zo teleurgesteld dat ik hen zei hem te houden, ik wil hem niet terug. Slijpen en zetten is waarschijnlijk niet mogelijk, het metaal is niet geschikt om te zagen. Het waren de speciaal geharde punten die hem tot zo'n geweldige zaag maakten en die krijg je nooit meer terug. Achteraf voel ik me een beetje schuldig dat ik de zaag een beetje bot afwees. Ze hadden echt geprobeerd hun best te doen om het goed te maken.
Met Sékou gaat het trouwens helemaal niet zo goed. Hij klaagde over "rollende ogen". Hij vermoedde dat dat kwam doordat hij is gestopt met roken, maar na een bezoek aan de dokter bleek het te liggen aan te hoge bloeddruk. Hij heeft nu weer nieuwe doses medicijnen.

Ik heb trouwens net wat uitgebreider met M gesproken. Nog steeds vind ik het lastig om hem zo door de telefoon te volgen en te begrijpen wat er nu precies is gebeurd. In elk geval heeft bij hem woensdag de paniek toegeslagen. In die nacht is er iemand in Ibi bij hem op bezoek geweest, die hem heeft gewaarschuwd onmiddellijk te vertrekken. Hij is dan ook direct naar Sangha gelopen en met een auto van de commandant naar Bandiagara gereden. De volgende ochtend is hij via Sévaré doorgereisd naar Bamako. Hij moet zo bang zijn geweest dat hij zelfs niet in Sévaré dorst te blijven, voor zover ik dat althans heb begrepen. In elk geval maakte hij door de telefoon een aangeslagen indruk. Hoe dit zal aflopen weet ik niet. Amatigue had hem ook vanmorgen gesproken en hij vertelde mij min of meer hetzelfde verhaal.
Het blijft verwarrend. M heeft zich het laatste jaar ingezet om op zijn manier in zijn functie als forgeron "te bemiddelen" tussen de Dogons en de Peulh door middel van liederen en gedichten. Het is mogelijk dat er een soort jaloezie is ontstaan, waardoor de Peulh, of misschien wel zijn eigen Dogons hem nu hebben bedreigd. Ik hoop daar binnenkort meer over te horen.

Ik vertelde er in het kort over aan zijn dochter Amahiré, zij was teleurgesteld te horen dat ze met Pasen beter hier kon blijven. Ik hoorde door de telefoon de tranen in haar ogen. Ze verheugde zich er zo op om de Paasvakantie in Ibi door te brengen, we hadden nieuwe kleren aangeschaft en zelf had ze een prachtige pruik op de kop getikt. Misschien dat de situatie nog verbetert.

Amahiré, met haar nieuwe haar.